Duinen kunnen een natuurlijke barrière vormen, als we de natuur haar werk laten doen.

CC pxhere

De zeespiegel stijgt: werken we met of tegen de natuur?

Duinen kunnen een natuurlijke barrière vormen, als we de natuur haar werk laten doen.

CC pxhere

Door de klimaatopwarming zal de zeespiegel sneller stijgen dan eerder gedacht, is te lezen in het nieuwste rapport van het VN-klimaatpanel. Dat zal uiteraard ook effecten hebben op de Belgische kust. Hoe kunnen we ons daartegen wapenen? Tot nu toe werd vooral gekeken naar ‘ingenieursoplossingen’: hogere dijken, een stormvloedkering of kunstmatige eilanden voor de kust. Maar de natuur de baas blijven wordt stilaan onmogelijk, zeker op langere termijn. Het Sigma-plan biedt inspiratie. 

Nature-based solutions

Het nieuwe IPPC-rapport is samengesteld door 104 wetenschappers uit 36 verschillende landen en is gebaseerd op bijna 7.000 wetenschappelijke publicaties. De boodschap is duidelijk. De stijging van de zeespiegel versnelt. Vorige eeuw bedroeg die 1,4 mm per jaar, nu is dat 3,6 mm/jaar en dat kan in 2100 oplopen tot 15 mm. Tegen 2050 moeten we rekening houden met een zeespiegel die 30 cm gestegen is, tegen 2100 kan de zeespiegel al 60 tot 110 centimeter gestegen zijn. Daarnaast houden we maar beter rekening met extremere weersomstandigheden en stormen. Zo dreigen extreem hoge waterstanden door stormvloeden, die zich momenteel maar eens om de honderd jaar voordoen, vanaf 2050 zowat jaarlijks voor te komen.

Om onze kustlijn te beschermen tegen de stijgende zee en meer stormen, wordt nu vooral ingezet op dijken, een stormvloedkering, strandhoofden en zandopspuitingen. Jaarlijks wordt meer dan een miljoen ton zand op het strand gedumpt. Dat bij de eerste storm dan weer wegspoelt. Waarna het strand opnieuw opgespoten wordt. Eenzelfde scenario dreigt zich voor te doen met kunstmatige eilanden voor de kust. Ook daar is de vraag of die het natuurgeweld wel aankunnen, en niet gewoon weg zullen spoelen. 

Laat de natuur haar werk doen

Een andere oplossing is de natuur inschakelen. In natuurlijke omstandigheden nemen de zee en de wind het zand mee en herverdelen ze het over de zeebodem, het strand en de duinen. Tijdens de winter is er meer erosie en in de zomer meer aangroei. Maar dat proces kan alleen werken als het zand ook richting land kan bewegen en nieuwe duinen kan vormen. Zo ontstaat een natuurlijke barrière tegen stormen, die meegroeit met de stijgende zeespiegel. Daarvoor moeten we het idee van een ‘rechte’ kustlijn vol dijken en appartementen loslaten en evolueren naar een bewegende kustzone, die achtereenvolgens bestaat uit zandbanken, strand, duinen en overstromingsgebieden: natuurlijke elementen die er van oudsher aanwezig waren.  

Inspiratie voor een meer natuurlijke aanpak kunnen we vinden bij het Sigma-plan. Ook voor de bescherming van het Scheldebekken kozen ze vroeger vooral voor het verhogen van dijken en het betonneren van oevers. Ook werden plannen gemaakt voor een stormvloedkering op de Schelde. Dat bleek echter weinig efficiënt en bovendien onbetaalbaar. Nu zet het Sigmaplan in op natuurlijke overstromingsgebieden en ontpolderingen langs de Schelde en haar zijrivieren. Dat is goed voor de veiligheid en geeft tegelijk de natuur in Vlaanderen een boost. 

Ook voor onze kust kunnen natuurlijke overstromingsgebieden of ontpolderingen achter de duinen een deel van de oplossing zijn voor de stijgende zee en meer stormvloeden. Nu is dat nog moeilijk bespreekbaar, want daarvoor moet grond worden ‘opgeofferd’ die mag overstromen. Ook bij het Sigmaplan was er oorspronkelijk veel protest tegen de nieuwe overstromingsgebieden. Maar zoals het Sigmaplan aantoont, zorgen die natuurlijke overstromingsgebieden voor veel extra natuurwaarden. Wat ook goed is voor toerisme en recreatie, wat de middenstand en de horeca dan weer blij maakt. Die combinatie van veiligheid, economie en ecologie heeft voor een groot draagvlak voor het Sigmaplan gezorgd. Ook voor de kust is dat mogelijk. 

Klimaatbeleid

Meer over Klimaatbeleid