Foto Karsten Würth

België belooft onvoldoende om opwarming aarde te beperken tot 1,5 graden

Foto Karsten Würth

Afgelopen maandag publiceerde het VN-klimaatpanel IPCC zijn nieuwste rapport. De boodschap is duidelijk: de opwarming van de aarde moet onder 1,5°C blijven, zoniet dreigen zware gevolgen voor mens en natuur. Het is nog niet te laat, maar dan moeten politici nu handelen. Jammer genoeg liggen de ambities van Europa en zijn lidstaten nog te laag. Eén van de achterblijvers: België. Wat kan ons land betekenen?

De kaap van 1,5

In 2015 beloofde de internationale gemeenschap op de klimaatconferentie van Parijs de opwarming van de aarde te beperken tot ruim onder 2 graden en te streven naar 1,5 graad. Maar wat is de impact van een klimaatopwarming van 1,5°C? En welke maatregelen zijn noodzakelijk om onder die grens te blijven? Het nieuwste rapport van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) van de Verenigde Naties, schept duidelijkheid.

Nu: richting 3 tot 6 graden

Als we aan het huidige tempo CO2 blijven uitstoten, zal de aarde met 3 tot 6 graden opwarmen tegen 2100. Dat zou enorme gevolgen hebben voor mens en natuur. De koraalriffen zouden verdwijnen. Tienduizenden plant- en diersoorten dreigen uit te sterven. Dichter bij huis zou de hittegolf van deze zomer de normale toestand worden. De zeespiegel zou zo sterk stijgen dat grote delen van West- en Oost-Vlaanderen en zelfs een deel van Antwerpen onder water komen te liggen.

Hevige regens, overstromingen en tropische cyclonen zouden meer frequent voorkomen. Dit bedreigt de voedselvoorziening en woonplaats van miljoenen mensen, met grote economische problemen, politieke instabiliteit en migratiegolven tot gevolg. Hoe sterker de temperatuur stijgt, hoe zwaarder de impact.

Hoe kunnen we rampscenario’s vermijden?

Maar zover zijn we nog niet. Als wereldwijd politici alles op alles zetten om het klimaatakkoord van Parijs te realiseren, hoeft het niet op zo’n rampscenario uit te draaien. Het nieuwe IPCC-rapport stelt dat het absoluut noodzakelijk is om onder de grens van 1,5°C opwarming te blijven. Elk honderdste van een graad extra opwarming heeft zware gevolgen voor mens en natuur. Dit doel is nog steeds haalbaar, maar vergt vandaag al politieke actie, zodat de overgang naar een koolstofvrije maatschappij gestaag kan verlopen.

Dat betekent dat we vervuilende gas- en kolencentrales moeten inruilen voor schone hernieuwbare energie, huizen passief moeten bouwen, diesel- en benzinewagens moeten uitfaseren en het vlees op ons bord vaker moeten vervangen door gezonde plantaardige voeding. Ook de industrie moet dringend werk maken van een plan om koolstofneutraal te worden. Elke vertraging en elk politiek verzet om dit doel te behalen, beperkt de mogelijkheden van toekomstige generaties om op te groeien in een wereld zonder klimaatcrisis.

Ook economisch is dit de logische keuze. Wetenschappers zijn het er volmondig over eens dat het goedkoper is om klimaatopwarming te voorkomen dan de gevolgen ervan te bestrijden. Denk aan de bouw van dijken, de evacuatie van mensen, de vernietiging van landbouwgewassen door droogte, enzovoort.

Hoe ambitieus is Europa? En België?

Om onder 1,5°C opwarming te blijven, moeten de netto-CO2-emissies op mondiaal niveau nul zijn tegen 2050, stelt het IPCC-rapport. Dat betekent dat de ontwikkelde landen - die het meeste middelen en kennis hebben om de omslag te maken - tegen 2040 koolstofneutraal moeten zijn. Helaas schieten de engagementen in de huidige klimaatplannen tekort. Als landen realiseren wat ze beloven te doen, warmt de aarde nog steeds met 3,2 graden op. De ambities voor 2030 van België (-35% CO2) en Europa (-40% CO2) moeten dus een pak hoger.

Momenteel profileert België zich als achterblijver in het internationale klimaatdebat. Niet alleen dreigt ons land de eigen klimaatdoelstellingen voor 2020 niet te halen, vorige maand blokkeerde België nog een gezamenlijke Benelux-verklaring waarin beloofd werd scherpere klimaatdoelen na te streven. Afgelopen dinsdag, op de cruciale Europese ministerraad over het optrekken van de Europese klimaatdoelstellingen, kwam er zelfs geen Belgische minister opdagen. Terwijl al onze buurlanden pleiten voor meer ambitie en het IPCC aan de alarmbel trekt, is er voor onze ministers geen urgentie in het klimaatdebat. Vooral regeringspartij N-VA blijkt een koele minnaar van scherpere klimaatbeloftes. En terwijl minister Schauvliege in de media beweert dat Vlaanderen al veel doet voor het klimaat, gaat de Vlaamse CO2-uitstoot naar omhoog in plaats van naar beneden.

België: gooi het roer om, voor we koers missen

België moet dringend het roer omgooien. Eind 2018 moet het een klimaatplan met engagementen en doelstellingen voor 2030 indienen. Het is belangrijk dat deze doelstellingen in lijn worden gebracht met wat nodig is om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 graden, en dat deze doelstellingen gekoppeld zijn aan daden en de nodige budgetten. Daarnaast moet ons land ook op Europees niveau hogere ambities steunen. Enkel zo nemen we onze internationale verantwoordelijkheid op en realiseren we mee een leefbare wereld voor onze kinderen en kleinkinderen.

Klimaatbeleid

Meer over Klimaatbeleid