Nood aan een langetermijnvisie voor energiezuinig bouwen

Nu de Vlaamse klimaatconferentie officieel op gang is getrapt, mocht minister Vandenbossche de spits afbijten met een rondetafel over het energieverbruik in de Vlaamse gebouwen. De timing was er naar. Enkele dagen voor deze rondetafel kondigde de federale regering aan om de fiscale aftrek voor energiebesparende maatregelen af te schaffen. Opdracht voor de aanwezige stakeholders was nu op zoek te gaan naar bijkomende maatregelen om het energieverbruik in gebouwen te beperken. En dat is nodig.

De gebouwensector heeft nog een enorm besparingspotentieel. Willen we de doelstellingen van het energierenovatieprogramma 2020 (alle woningen dakisolatie, superisolerend glas en een energiezuinige ketel) waarmaken, moeten we dringend een versnelling hoger schakelen. Zo heeft bijvoorbeeld maar liefst 22% van onze gebouwen nog geen dakisolatie, 8% van de woningen heeft nog overal enkel glas en slechts een derde van de huishoudens beschikt over een energiezuinige ketel. Volgens prognoses van het VITO kunnen we de uitstoot van de gebouwensector met 18% verminderen tegen 2020. Maar het energieverbruik en de CO2-uitstoot van onze gebouwen is zeer weersafhankelijk. Zo stootten onze gebouwen in 2010 veel meer CO2 uit omwille van de koude winter. Wat koude winters kunnen er dus voor zorgen dat de verwachte daling van de CO2-uitstoot in de gebouwensector de komende jaren volledig te niet wordt gedaan. Tenzij we er in slagen onze gebouwen verregaand te isoleren….

De uitdaging is tweeledig. In de eerste plaats moeten alle nieuwe gebouwen zo energiezuinig mogelijk gebouwd worden. Europa legt op dat tegen 2021 alle gebouwen “bijna-energieneutraal” moeten zijn. Wat die term “bijna energieneutraal” juist inhoudt, is echter nog onduidelijk. Hoogtijd om hier duidelijkheid over te scheppen dus. Bovendien heeft onze bouwsector nood aan een duidelijk pad naar deze energiezuinige norm. Momenteel liggen er in Vlaanderen slechts normen vast tot 2014 (E60). Willen we een duidelijk investeringsklimaat scheppen, moet er dringend duidelijkheid komen over het pad richting 2020. Bovendien mag deze norm voor Bond Beter Leefmilieu gerust wat vroeger ingaan. Brussel, die vanaf 2015 de passiefnorm oplegt, toont dat dat kan.

 

Maar bovenal zullen we moeten inzetten op een diepgaande renovatie van bestaande gebouwen. Bond Beter Leefmilieu drukte op de rondetafelconferentie op de noodzaak van een langetermijnstrategie tot 2050. Volgens de Europese Commissie moet de CO2-uitstoot van gebouwen tegen 2050 met ca. 90%  verminderen, willen we ervoor zorgen dat de Europese CO2 uitstoot met 80% daalt in 2050. Om er voor te zorgen dat we nu al de juiste weg inslaan, moeten gebouwen dan ook diepgaand gerenoveerd worden, of moeten de ingrepen die nu worden uitgevoerd kaderen in een globaal plan van aanpak waarbij gebouwen stapsgewijs energiezuiger gemaakt worden. Als we dat niet doen, dreigen we immers geconfronteerd te worden met een “lock in” van onvoldoende gerenoveerde gebouwen. Bond Beter Leefmilieu vraagt daarom om nu al, naar het voorbeeld van de Duitse collega’s, een duidelijk traject uit te tekenen zodat al onze gebouwen tegen 2050 zo goed als geen CO2 meer uitstoten.