Kernafval onder de grond en vergeten?

Het NIRAS, het instituut dat verantwoordelijk is voor het beheer van radioactief afval, vraagt aan de nieuwe regering om het licht op groen te zetten voor de geologische berging van hoogradioactief afval in de kleilagen van de Kempen. Dit zou ons zo’n 3 miljard euro kosten. Dat lezen we in afvalplan dat de raad van bestuur van het NIRAS vorige week goedkeurde.

Niemand in de hele wereld loste het probleem van het hoogradioactief en langlevend afval al op. Toch probeert NIRAS nu een beslissing over de berging van radioactief afval in de Kempense klei door te duwen. Verschillende onafhankelijke geologen plaatsen echter vraagtekens bij de berging in Boomse klei. Zij vinden dat niemand absoluut kan garanderen dat het afval veilig geborgen is onder de grond. Zo zijn de kleiformaties in België relatief ondiep en niet homogeen. Waterdoorlatende zandaders onderbreken de kleilagen. Deze zijn ook doorspekt met kalkversteningen. Vlak boven en onder de kleilagen bevinden zich sterk poreuze zandlagen. Dit vergemakkelijkt op lange termijn de migratie van radioactieve stofdeeltjes naar de biosfeer.

Geen oplossing
Het overgrote deel van de leden van de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling dringt er dan ook op aan om het voorstel van het NIRAS niet te volgen. Al zouden de voorstanders van nucleaire energie graag laten uitschijnen dat er een oplossing is voor het nucleair afval, we kunnen ons kernafval niet zomaar onder de grond steken en vergeten. Indien de regering nu beslist om hoogradioactief en/of langlevend afval diep onder de grond op te slaan, dreigen we de komende generaties op te zadelen met een gigantisch probleem. Eens het afval onder de grond opgeslagen is, is er immers geen controle of recuperatie meer mogelijk als er iets misloopt.

 

Federaal kamerlid Kristof Calvo (Groen!) drong al aan op een debat in de Kamer over het NIRAS afvalplan. We hopen dat deze vraag gehoor vindt. Niets dwingt onze politici om nu al beslissingen te nemen. Het hoogradioactief afval moet in ieder geval nog tientallen jaren afkoelen boven de grond. Ondertussen kan het NIRAS haar – overigens waardevolle – onderzoekswerk verder zetten.

In de eerste plaats moeten we voorkomen dat er nog bijkomende kernafval geproduceerd wordt. Indien de regering levensduur van de Belgische kerncentrales nog eens met tien jaar zou verlengen, dan neemt de totale hoeveelheid problematisch hoogradioactief afval in ons land met liefst een kwart toe. En, tot nu toe weten we met dat afval nog steeds geen blijf.

Kernuitstap