Belastingsstelsel in Vlaanderen wordt langzaamaan steeds minder groen

Sinds 1997 was er geen vergroening meer waar te nemen in het belastingstelsel van toepassing in Vlaanderen. Ondanks het pleidooi van een schare internationale instellingen, is er zelfs eerder sprake van een lichte afname van milieugerelateerde belastingen. Dit blijkt uit een studie in opdracht van het MIRA team van de Vlaamse Milieumaatschappij. 

Vergroening van het belastingstelsel kan op verschillende manieren gemeten worden. Een evenwichtige benadering heeft zowel oog voor inkomensindicatoren - zoals de verhouding van de groene belastingeninkomsten tot het nationaal product - als voor tariefindicatoren - zoals de evolutie van accijnzen op transportbrandstoffen.

In vergelijking met andere Europese landen heeft Vlaanderen hoge arbeidsbelastingen en haalt ze relatief weinig inkomsten uit milieugerelateerde belastingen. Dit in tegenstelling tot Denemarken, het Verenigd Koninkrijk of Nederland.

Het tweede deel van de studie geeft een overzicht van het grote aantal vrijstellingen en kortingen op milieugerelateerde belastingen in België. Een reeks fiches in annex documenteren de uitzonderingen. Deze belastingverminderingen zijn interessant vanuit het oogpunt van de milieuschadelijke subsidies: de Europese Commissie vraagt aan iedere lidstaat haar milieuschadelijke subsidies te inventariseren en uit te faseren tegen 2020.

Het rapport levert alvast argumenten voor het uitfaseren van de professionele diesel. Transportbedrijven krijgen voor de in België getankte diesel 7,63 cent accijnzen of 20% teruggestort. De geraadpleegde experts zijn het erover eens dat het stelsel van de professionele diesel nauwelijks een positieve economische impact heeft, maar wel een duidelijke negatieve milieu-impact. De studie geeft tevens argumenten voor het behoud van de sociale maximumprijzen voor elektriciteit en aardgas. De geraadpleegde experts zijn het niet eens over het nut van degressiviteit van de federale bijdrage voor elektriciteit.